De grootste Nederlandse bijdrage aan de geallieerde strijd tijdens de Tweede Wereldoorlog is zonder meer door de koopvaardij geleverd! Erkenning voor hun grote inzet die velen met de dood moesten bekopen, hebben de koopvaardijveteranen nauwelijks gekregen. Zelfs Nederlandse historici hebben in de afgelopen 80 jaar er weinig aandacht aan besteed. Maar de Stichting Koopvaardijpersoneel 1940-1945, rond 2018 opgericht, is met een onderzoek begonnen om helderheid te verschaffen aan nabestaanden, die steeds vaker vragen stellen over het lot van hun vaders en grootvaders. De kernvraag: Hoe komt het dat juist Nederlandse niet-militairen zo’n grote bijdrage hebben geleverd aan onze bevrijding? De Nederlandse regering is na de Duitse inval op 10 mei 1940 naar Londen gevlucht. Generaal Winkelman blijft achter als vertegenwoordiger van het Nederlandse gezag. Hij geeft kort voordat hij op 15 mei 1940 de overgave tekent, bevel aan alle Nederlandse schepen van marine, koopvaardij en visserij over te steken naar Groot-Brittannië en zich daar te melden. De Nederlandse koopvaardijvloot is één van de grootsten ter wereld met ruim 1100 zeewaardige schepen. Een kleine 1000 koopvaarders ziet kans om Groot-Brittannië te bereiken. De Nederlandse regering in ballingschap richt de Netherland Shipping and Trading Committee (de Shipping) op. De Shipping bepaalt in overleg met de Britten waar de Nederlandse schepen gedwongen ingezet zullen worden. Gelijktijdig wordt de vaarplicht ingesteld: iedere zeeman jonger dan 60 jaar moet verplicht varen zolang de oorlog duurt. Alle koopvaardijschepen krijgen kanonnen en luchtafweergeschut met kanonniers aan boord. Op 35 grote Nederlandse koopvaarders bouwen de geallieerden een vliegdek (MAC-schepen). Ze krijgen naast hun normale cargo een aantal vliegtuigen aan boord om het konvooi waarin ze varen te beschermen tijdens de overtocht. De Nederlandse passagiersschepen worden omgebouwd tot bewapende troepentransportschepen. Van de Nederlandse koopvaardijschepen gaan ruim 400 ten onder. Van de 24.000 Nederlandse en buitenlandse opvarenden vinden 5.200 de dood. Veel huidige zeevarenden kennen de ongelooflijke verhalen van oud-collega’s, die zes jaar lang onder erbarmelijke omstandigheden over de Atlantische Oceaan heen en weer moeten varen om Groot-Brittannië te bevoorraden niet alleen met voedsel, maar ook met miljoenen soldaten en gigantische hoeveelheden wapens voor de strijd in Noord-Afrika en in Europa. Deze overlevenden hebben benzinetankers de lucht in zien vliegen en getorpedeerde koopvaarders zien breken en hun collega’s om hulp horen schreeuwen, terwijl ze niets konden doen, want het konvooi voer verder. Zij kennen de voortdurende angst om getroffen te worden door een torpedo. De strijd van de Royal Navy tegen Duitse U-boten barst in volle hevigheid los. Hoog tijd voor erkenning van de koopvaardij in oorlogstijd! De sterrenstatus van Duitse onderzeeboot commandanten Voorjaar 1941: Hitler stapt af van zijn plan om Groot-Brittannië te veroveren. Hij besluit de Britten uit te hongeren en de aanvoer van grondstoffen en wapentuig te belemmeren door hun koopvaardijschepen te torpederen. Zijn Unterseeboten krijgen de hoofdrol in dit nieuwe plan en succesvolle commandanten verwerven een sterrenstatus in het Derde Rijk. De briljante Duitse U-boot commandant Otto Kretschmer, die als een van de weinigen de Battle of the Atlantic overleeft en na Canadese krijgsgevangenschap tijdens de Koude Oorlog vanwege zijn fabuleuze kunde en inzet een grote internationale carrière maakt. Lees zijn verhaal: de korte versie in Geschiedenis Magazine, de uitgebreide in mijn trilogie Overleven. |